Niets is frustrerender dan een dossier tot op de bodem (en verder) te hebben uitgeplozen en vervolgens de zaak te verliezen. U wéét dat u gelijk hebt. Kunt u nog wat doen? In een recente uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State bleek weer eens dat dat niet het geval was. Het is naar om te zeggen, maar nee, meestal kan er niets meer aan gedaan worden. Er is natuurlijk een wetsartikel voor: in artikel 8:119 van de Algemene wet bestuursrecht staat een mogelijkheid om een rechter te verzoeken om een onherroepelijke (definitieve) rechterlijke uitspraak te herzien. Dat zal alléén gebeuren als de uitspraak na nieuw gebleken feiten en omstandigheden van vóór de uitspraak niet meer kan blijven bestaan. Dat komt nu eenmaal zelden of nooit voor. Het artikel is zeker niet bedoeld om de discussie weer opnieuw te gaan voeren. En ook niet om eerdere (ongebruikte) argumenten naar voren te brengen. De wetgever gaat ervan uit dat de rechter goed naar de zaak gekeken heeft. Maar helaas hebben rechters nu eenmaal in het algemeen (te) weinig tijd voor dossiers, zeker als die inmiddels een aantal jaren lopen en/of technisch complex zijn en/of inmiddels erg omvangrijk zijn geworden (denk aan een omvang van bijvoorbeeld 5  verhuisdozen vol). Het kan dus zijn dat er een fout is gemaakt. En dan komt het pas weer goed in een volgende, vergelijkbare, zaak. De kans op een succesvol beroep om herziening is zeer klein, omdat er aan drie strenge voorwaarden moet worden voldaan. De eerste voorwaarde is dat de feiten en omstandigheden moeten hebben plaatsgevonden vóór de datum van de uitspraak. Nieuwe wetenschappelijke inzichten of nieuwe jurisprudentie ná de uitspraak tellen dus niet mee voor een herzieningsverzoek. Wel zou in zo’n geval op basis daarvan het bestuursorgaan natuurlijk een nieuwe beslissing kunnen nemen. De tweede voorwaarde is dat deze feiten en omstandigheden pas ná de uitspraak bekend mochten zijn geworden bij de verzoeker. De derde voorwaarde is dat als de feiten en omstandigheden bij de rechter bekend waren geweest, dat zij tot een andere uitspraak hadden kunnen leiden. Wat kunt u dan nog wél doen? U kunt het bestuursorgaan natuurlijk vragen om herziening van het eerder genomen besluit. En wat ook vaak helpt, is om plaatselijke politici (gemeenteraadsleden) of politieke partijen aan te spreken op dat wat er in uw ogen mis is. Hebt u hier een vraag over? Ik heb inmiddels 25 jaar ervaring met het bestuursprocesrecht en help u graag! Bel 085 0030153 of stuur een e-mail naar info@www.woestenenk-legal.nl.